“Ga in gesprek met het kind, dat is altijd de eerste stap”

19 mei 2024

Home > “Ga in gesprek met het kind, dat is altijd de eerste stap”

In de herfstvakantie van 2023 kreeg de Gideon School een aanmelding binnen voor een leerling voor de bovenbouw die destijds nog in het buitenland woonde, maar op het punt stond om te verhuizen naar zijn vader in Nederland. Intern begeleider Arianne Oudijk herinnert het zich nog goed: “Bij de intake met zijn vader en moeder hoorde ik zaken die me wat verontrustten omdat ze duidden op een heel andere schoolcultuur en mogelijk een onderwijsachterstand. De intake die we vervolgens hadden met het kind zelf bevestigde mijn gevoel. De leerling vertelde bijvoorbeeld over het vele geweld, de onrust en onveiligheid op zijn eerdere school. Hij verbaasde zich bij een rondje door onze school over de stilte en over het feit dat iedereen eigen spulletjes heeft. Daarnaast liet zijn rapport zien dat er qua gedrag, tempo en leerhouding ook sprake was van een achterstand.”

Inzetten op meerdere sporen

Met deze inzichten besloten Arianne en haar collega IB’ers meerdere sporen in te zetten. “We hebben met ons MT besproken wat deze leerling nodig heeft. Tijdens de eerste week op onze school heeft hij een paar uur per dag op mijn kamer gezeten, zodat we konden toetsen welk niveau en welke leerstof hij nodig bleek te hebben.  Een tweede spoor was het meekrijgen van zijn ouders. Vanaf het begin hebben we heel duidelijk de verwachtingen afgestemd – ‘Zo doen we het hier’ – en uitgelegd hoe we handelen als afspraken niet nagekomen worden. Ten derde hebben we ingezet op hele korte lijnen met de leerkracht. Dat moest ook wel, want na die eerste week op school bleek dat de leerling lesstof van midden groep 4 nodig had, terwijl hij qua leeftijd in een bovenbouwgroep zat.”

Creatief denken en omgaan met middelen

Omdat de basis- en extra ondersteuning onvoldoende bleek, schakelde Arianne samenwerkingsverband Aan den IJssel in. “We kregen toen een arrangement, oftewel financiële middelen waarmee we extra ondersteuning in kunnen zetten. Heel fijn, en tegelijkertijd blijken deze middelen ook ontoereikend te zijn voor wat deze leerling nodig heeft. Op zo’n moment moet je als school creatief zijn en verder denken. We hebben een masterstudent gevonden die de leerling vier keer per week anderhalf uur komt ondersteunen. Datzelfde doet een ouder eenmaal per week. De leerkracht maakt taakkaarten hiervoor.”

Van betekenis zijn

Naast deze 7,5 uur één-op-één begeleiding doet de leerling tijdens de zaakvakken mee met de groep, zodat hij toch verbinding heeft met de klas. Verder helpt hij de conciërge drie keer per week met taakjes en assisteert hij elke week een uur bij de kleutergroep. “Hierdoor leert hij van betekenis te zijn van een ander”, licht Arianne toe. “Hij doet ook nog mee met de talentgroep van groep 7 en 8, die gericht is op het versterken van praktische en creatieve vaardigheden van kinderen met een vmbo-niveau. We zijn in feite dus heel bewust bezig met de drie basisbehoeften van Luc Stevens: autonomie, relatie en competentie.”

Winst op meerdere vlakken

De aanpak kost veel tijd, erkent Arianne. En toch is ze blij dat ze hier bewust voor kiezen. “De leerlingen uit deze groep leren door deze leerling meer over andere culturen. Als team blijven we ons bewust van het kijken naar wat een individuele leerling nodig heeft om zich optimaal te ontwikkelen. De leerkracht groeit in zijn rol als ‘copiloot’, door de leerling zonder oordeel te spiegelen als iets niet goed gaat. Als intern begeleider leer ik hoe belangrijk het is om steeds weer de schoolregels uit te leggen en verwachtingen uit te spreken. Dus ja, het is intensief en het is niet reëel om 10 van zulke casussen naast elkaar te hebben. Maar we zouden een groter probleem hebben als de leerkracht, de leerling zelf en de klas onderuit zouden gaan.”

Trots terugblikken

Inmiddels zijn we een half jaar verder en het gaat goed. Over een paar maanden gaat de leerling zelfs naar het voortgezet onderwijs. Arianne: “We hebben goede afspraken kunnen maken met Koers VO. Op zo’n moment blijkt wel dat we heel duidelijk aan ouders moeten uitleggen wat de stappen zijn en wat zij daarin moeten doen. Soms speelt een cultuurverschil dan ook parten. Maar we zijn trots dat we het met elkaar zo hebben gedaan. Dat we in mogelijkheden gedacht hebben en vanaf het begin in gesprek zijn met het kind zelf. Dat laatste is volgens mij het allerbelangrijkste. Elk kind heeft kwaliteiten; durf ze te zien ook als dat soms moeilijk is.”

Vijf tips van Arianne

  1. Houd altijd een intake met een kind zelf: wat wil het leren, waar staat het nu, waar heeft het behoefte aan? Sta open voor hun verhalen en achtergronden.
  2. Zet in op de driehoek kind-ouder-school en neem ouders vanaf het begin heel duidelijk mee. Maak heldere afspraken en spreek verwachtingen (en consequenties) uit.
  3. Kijk goed naar wat iedereen nodig heeft om het te laten slagen. Breng het speelveld rondom een leerling in kaart. Betrek dus ook de klas en leerkracht.
  4. Denk out of the box en gebruik middelen creatief: kun je bijvoorbeeld een goede student vinden die een-op-een ondersteuning kan bieden?
  5. Werk vanuit een inclusieve mindset: elke leerling heeft kwaliteiten en doet ertoe. Kijk wat jij kunt doen om die kwaliteiten optimaal te zien en tot zijn recht te laten komen.